Kindervers
Zorgeloos bestaan dat nooit bestond,
danst in mijn herinneren rond.
Een melodie, een verzonnen lied,
vol weemoed, gek verdriet.
Lig, rol, zit, kruip, loop en verwonder.
De kop omhoog tot aan kopje onder.
Van hopeloos naar vol verlangen.
Stil geluk wordt luid verhangen.
Het verleden teer en recht gebogen:
wat hard was is nu krom,
maar wel bijzonder slecht gelogen.