Over lijden

Krimpend in een bed vol zorg.
Pijn trekt door je zienderogen
zieltogend lijf.

Je hart alleen houdt stand,
waar het mijne overslaat
bij jouw zacht zachter zachtst
gefluister.

-Ik geef niet zomaar op-
klinkt als liefde.
-Ik ga voorlopig nergens heen-
een gelofte bij wat een afscheid lijkt.

Jij bracht mij tot leven,
Hield mij in de lucht.
Speelde, maakte kampvuren,
droeg een zachte sweater,
stond langs de lijn bij mijn geschutter.
Vergaf mij oorbellen en oogschaduw.

Dat was jouw ik hou van jou.

Maar jij zweeg over het waarom,
ik over hoe onbegrijpelijk dat was.

De taal die ik zo laat pas leerde lezen,
spreek ik nu pas echt met jou.
Veel te laat natuurlijk,
maar voor altijd vroeg genoeg.