Donkere wolken pakken samen
boven onbegrepen laagland.
Het weer dreigt met gevaar.
Regen valt bij bakken.
Wind wakkert tot orkaan.
Bomen buigen, takken knappen.
Luchtstromen botsen: wervel
winden. Het leven uit
vette klei, losgerukt.
De wind raast zich ten einde.
Water keert in haar oorsprong terug.
Stilte…
Wat groeit is wat niet verging.